Belangrijkste risicofactoren van een mijnbouw ETF
Effecten van kleinere bedrijven kunnen volatieler en minder liquide zijn dan die van grotere bedrijven. Kleinere bedrijven kunnen, in vergelijking met grotere bedrijven, minder lang actief zijn, minder financiële middelen hebben, een minder goede concurrentiepositie hebben, een minder gediversifieerd productaanbod hebben, meer onderhevig zijn aan marktdruk en een kleinere markt voor hun effecten hebben.
Beleggingen in natuurlijke hulpbronnen en in bedrijven binnen de sector natuurlijke hulpbronnen, waaronder bedrijven die actief zijn op het gebied van alternatieve hulpbronnen (zoals water en alternatieve energie), basis- en industriële metalen, energie en edelmetalen, zijn sterk afhankelijk van vraag, aanbod en prijzen. Deze beleggingen kunnen aanzienlijke nadelige impact ondervinden van factoren zoals internationale politieke en economische ontwikkelingen, embargo's, instelling van handelstarieven, inflatie, weersomstandigheden, natuurrampen, exploratiebeperkingen, veelvuldige fluctuaties in vraag en aanbod en diverse andere gebeurtenissen en ontwikkelingen.
Beleggingen in opkomende markten zijn onderhevig aan specifieke risico's en de effecten zijn doorgaans minder liquide en minder efficiënt. Bovendien kunnen de effectenmarkten minder goed gereguleerd zijn. Specifieke risico's kunnen zijn verhoogd vanwege valutafluctuaties en deviezencontroles, beperkingen ten aanzien van repatriëring van fondsen of andere bezittingen, overheidsingrijpen, hogere inflatie, en sociale, economische en politieke onzekerheden.